Archive for 2007, IJsland

IJsland

Zaterdag 1 september, 22.15 u
Een half jaar geleden boekten we bij de IJslandspecialist (www.deijslandspecialist.nl) onze vakantie, en eindelijk is het bijna zover! Nog twee nachtjes slapen en dan gaan we naar IJsland!
We zijn al druk bezig om onze koffers te pakken. Goed nadenken over wat we meenemen. Het wordt een andere vakantie dan anders.
Uiteraard hopen we weer veel te gaan wandelen, maar we zullen ook veel tijd doorbrengen in de auto.
In IJsland is het kouder dan hier. De weersvoorspellingen geven gemiddeld een graad of 12 voor de komende dagen. Voor IJslandse begrippen is dat best warm, maar voor ons zal het even wennen worden. Bovendien waait het daar vaak hard. Onze korte broeken laten we maar thuis en onze winterjas gaat mee …
En IJsland is duur. Dit keer helaas geen half pension en we gaan ook zo min mogelijk gebruik maken van restaurants. Daar moeten we ook rekening mee houden, dus nemen we twee campingborden, bestek en een blikopener mee. We gaan zoveel mogelijk proberen om van supermarktvoedsel in leven te blijven.

Vluchtgegevens
maandag 3 september; vertrektijd AMS 14:00 u; aankomst KEF 15:10 u (in IJsland is het 2 uur vroeger dan in Nederland).
zondag 16 september; vertrektijd KEF 7:55 u; aankomst AMS 12:55 u.

Dag 1, maandag 3 september

4315

Keflavik Airport – Blue Lagoon – Hveragerdi / 170 km
Eindelijk is het dan zo ver! We gaan op vakantie naar IJsland!
Op Schiphol treffen we Gijs en Marleen, die een uur voor ons vertrek met het zelfde vliegtuig waarmee wij naar IJsland vliegen, uit IJsland aankomen. We krijgen nog een paar nuttige tips, een wandel-plattegrond van de omgeving Hverardi en kaartjes voor de Whale Watching van ze (omdat er op hun tocht geen walvissen te zien waren, mochten ze nog een keer gratis terugkomen).
Als we gaan boarden blijkt dat wij zitten naast de plaatsen waar Gijs en Marleen hebben gezeten. Geinig!
Om 14.00 uur vertrekt ons vliegtuig. We worden tijdens de vlucht door Icelandair netjes voorzien van voedsel en drinken.
Na aankomst op het vliegveld van Keflavik halen we bij Hertz onze huurauto, een witte Toyota Yaris, op. Bij controle blijkt dat ze een beschadiging aan de deur van de bestuderskant niet hebben aangetekend op onze papieren, dus gaan we daar nog even melding van maken. Een medewerker vertelt dat hij de betreffende deur vanochtend beschadigd heeft – door harde wind vloog die tegen een auto ernaast – en tekent dit nog aan op ons papier.
In de regen, mist en harde wind gaan we op weg naar DE toeristische trekpleister van IJsland, de Blue Lagoon. Dit is een in een lavaveld aangelegd verwarmd meer. Het water is heerlijk en het is ook speciaal om met kou en mist in de openlucht te zwemmen, omringd door bergen. Het regent niet meer.
Maar mooier nog is het water-gebied om de Blue Lagoon, een puur natuur, niet door de mensenhand aangelegd, prachtig blauw water.
Na een uur gebadderd te hebben, gaan we naar onze eerste overnachting in pension Frumskogar in Hveragerdi. We hebben een kleine kamer met prima bedden en een vriendelijke gastvrouw, die in een afgescheiden gedeelte van het huis woont.

Dag 2, dinsdag 4 september

4592

Golden circel tour / 207 km
Als we wakker worden gaat de wind nog hevig te keer, is het mistig en miezert het. Maar, na het ontbijt, wordt het droog en zelfs zonnig!
Op het programma staat een wandeltocht vanuit Hveragerdi naar Reykjadalur en Olkelduhals, maar we willen ook de ‘golden circel’ tour doen, namelijk Pingvellir, Geysir en Gullfoss. We besluiten om hiermee te beginnen en dan zien we wel hoeveel tijd we nog voor (een deel van) de tocht overhouden.
Via het Pingvallavatn, het grootste meer (83,7 km) van IJsland rijden we naar Pingvellir. Dit is sinds 1930 een nationaal park en opgenomen op de Werelderfgoedlijst van Unesco en toont de Midden-Atlantische rug. Het is de geologische grens tussen het Noord-Amerikaanse en het Europeese Continent. Het is inmiddels gaan regenen, maar toch maken we een wandeling, ook naar een waterval bij Pingvellir.
Vervolgens gaan we (in de zon, de regen is weer verdwenen) door naar Geysir. Dit is de bekendste springbron van de wereld. Vroeger spoot hij ieder half uur, later werd het eens in de paar weken, maar sinds twee grote aardbevingen in Zuidwest-IJsland in 2000 is hij weer enigszins tot leven gekomen en spuit hij 1 tot twee keer per dag. Helaas hebben we dit niet meegemaakt, maar wel hebben we een andere bekende geysir zien spuiten, de Strokkur. Deze spuit in tussenpozen van 4 tot 8 minuten een waterstraal van 10 tot 20 meter hoog!
Tenslotte rijden we door naar waterval Gullfoss, gelegen in een diepe kloof, waar het water in twee trappen, die haaks op elkaar staan, in ruim 32 meter naar beneden valt.
Rond vier uur komen we terug in Hveragerdi en gaan we alsnog de wandelroute naar Reykjadalur en Olkelduhals (hete bronnen) lopen. Via een jeepspoor lopen we naar het begin van het officiële wandelpad en vervolgens volgen we dat wandelpad langs een paar kleine kokende, stinkende modderpoeltjes en kleine watervallen. Uiteindelijk komen we bij een beek aan, die te diep is (iets boven enkelhoogte) om met schoenen aan over te steken. We hebben geen waterschoenen bij ons en op blote voeten willen we de oversteek niet riskeren. Omdat het toch al 17.30 uur is, is het niet erg om terug te keren naar de auto en naar Hveragerdi.
Daar zoeken we een restaurant op. We belanden bij Kjot & Kunst, een restaurant met traditioneel IJslandse gerechten. Voor maar ongeveer 16 euro krijgen we een heerlijk 3-gangen buffet met koffie en/of thee na. Dit restaurant gebruikt de stoom van hete bronnen in de directe omgeving. Ze zijn het enige ‘earth-cooking’ restaurant ter wereld.
Na het eten keren we terug naar ons pension Frumskogar in Hveragerdi.

Dag 3, woensdag 5 september

4717

Hveragerdi – Kirkjubaejarklaustrur / 250 km
Vandaag gaan we enkele watervallen en andere bezienswaardigheden aan. De wind is gaan liggen en het is bijna de hele dag droog.
Allereerst komen we bij de waterval Seljalandsfoss, een kleine, maar hoge waterval waar je achter langs kan lopen. We wandelen nog een pad in, maar al snel loopt dat pad dood.
Vervolgens rijden we door naar de waterval Skogafoss, die met een hoogte van 60 meter tot een van de grootste op IJsland behoort. Langs de waterval is een lang trap-pad omhoog de berg op. Als we boven komen miezert het, maar dat weerhoudt ons niet van een wandeling van ongeveer een uur richting Porsmork.
Dan gaan we op weg naar de gletsjertong Solheimajokull van de gletsjer Myrdalsjokull. Deze gletsjertong is te bereiken via een 5 km hobbelige weg, maar prima te berijden. Het laatste stuk (10 minuten) gaan we te voet en vervolgens maken we nog een kleine wandeling langs de rand van de gletsjertong. Erg imposant en indrukwekkend! Het is overigens inmiddels droog.
Er is een mogelijkheid om een stukje verderop een sneeuwscootertocht over de gletsjer te maken, maar daar wagen wij ons niet aan.
De vogelrotsen van Dyrholaey slaan we over, want de papegaaiduikers vliegen ongeveer half augustus uit en zullen naar alle waarschijnlijkheid dus al vertrokken zijn.
Wel hebben we een stop bij Reynisdrangar en maken we er wandeling langs het traditionele zwarte strand van IJsland. Er bevinden zich ook een aantal hoge rotspunten (66 meter) in zee en basaltzuilen aan de rand van het strand tegen de bergkant.
Vervolgens rijden we door naar het plaatsje Vik waar we boodschappen voor ons avondeten (broodmaaltijd en fruit) doen. We komen ook langs een fabriek die sokken produceert en deze erg goedkoop verkoopt.
Via de grote zandvlakte Myrdalssandur aan de voet van de gletsjer Myrdalsjokull en vervolgens door het lavaveld Eldhraun (ontstaan bij een vulkaanuitbarsting Laki in 1783) rijden we naar onze overnachting in boederij Geirland in Kirkjubaejarklaustur. Daar hebben we geluk. We hebben een kamer zonder faciliteiten geboekt, maar omdat de hotel-boederij niet is volgeboekt krijgen we de beschikking over een grote kamer met douche en toillet.
Nadat we onze koffers op onze kamer gedropped hebben, maken we nog een wandeling van ongeveer 1 ½ uur naar een waterval en naar Kirkjugolf (letterlijk: kerkvloer). Het is een groot aantal onder de grond gelegen basaltkolommen, waarvan een deel van de bovenzijde vrijwel gelijk ligt met het grondoppervlak, vroeger ontstaan en afgesleten door gletsjerijs en zeewater.
In het dorp staat een kerk die is vernoemd naar een predikant. Zijn mis van 20 juli 1783 werd bekend als vuurmis, omdat de lavastroom van de uitgebarsten Laki tijdens de dienst vlak voor het dorp tot stilstand kwam.
Twee boederijhonden wandelen met ons mee en brengen ons ook weer netjes tot de deur terug naar onze boerderij. Onderweg hebben ze veel plezier in het voor de lol bijeen drijven van de schapen in de weilanden langs de weg.
Na deze wandeltocht eten we ons brood en fruit en drinken we in de boerderij nog een kop koffie en thee.

Dag 4, donderdag 6 september

4839

Kirkjubaejarklaustur – Skaftafell / 80 km
Na het ontbijt gaan we weer op weg, door de miezer naar Dverghamrar, dat gekenmerkt wordt door typische basaltzuilen . Als we hier weer weg willen rijden, start de auto niet. Ewout belt naar Hertz, die hem vragen om de mat wat te verschuiven. En inderdaad, na verschuiving van de mat start de motor weer. Er blijkt een een of andere beveiliging op de Toyota Yaris gebouwd te zijn. Als de mat naar boven schuift, onder de pedalen, dan treedt er een beveiliging in werking en start dus de motor niet meer.
We maken nog een stop bij Nupsstaour. Een lieflijk klein, oud en inmiddels onbewoond boerendorpje met een schattig klein kapelletje waar we binnen kunnen. Er staan nog kerkbankjes en een oude piano. Om het kerkje ligt een kleine begraafplaats, waarbij ons opvalt dat de meeste graven uit de 19e eeuw zijn, maar het laaste graf uit 2004 is. Blijkbaar woonde er tot voor kort nog iemand in dit dorpje. Verder staat er nog een hele leuke oude, gekleurde jeep, die niet lang geleden nog gekeurd is.
Dan gaan we over een zwarte zandvlakte, die is ontstaan door grote overstromingen veroorzaakt door vulkaanuitbarstingen onder de gletsjer Vatnajokull en IJslands grootste brug, naar het Skaftaffel Nationaal Park. Aan het uiteinde van het park, bovenop een berg is onze overnachting, boerderij Bolti. Het ziet er oud uit. De deur gaat open, maar we zien of horen niemand binnen, dus gaan we eerst een bezoek brengen aan het park.
In het park maken we een wandeling van 3 uur. Inmiddels is het droog. We wandelen via waterval Svartifoss (een 20 meter hoge waterval met prachtige basaltformaties) naar het uitzichtspunt Sjornarnypa, Als we er aan komen is het nog wat bewolkt, maar Ewout merkt op dat de bewolking met een klein kwartier weggetrokken zal zijn, dus nemen we er onze lunch. En inderdaad, hij heeft gelijk! De bewolking trekt op en we hebben een schitterend uitzicht over de immens grote gletsjer Skaftaffelsjokull met onder aan de gletsjer een mini-ijsbergenmeer en aan de rand van de gletsjer rijzen groene bergen de lucht in. Het is waanzinnig mooi.
Bij de terugwandeling naar het informatiecentrum gaat zelfs de zon schijnen. Daar maken we gebruik van de pc en internet om het thuisfront te berichten over onze prachtige dagen.
Na deze break maken we nog een wandeling van 45 minuten naar de voet van de gletsjer, waar we zojuist over heen keken.
Dan gaan we wederom op naar Bolti. Er doet een oud, hoestend vrouwtje open. Het is de eigenaresse van Bolti en we worden vriendelijk door haar ontvangen. Bolti bestaat uit een woongedeelte voor haar en wat kleine kamers boven voor haar gasten (met een kleine waterkoker en gratis theezakjes). Verder zijn er nog wat kleine gebouwtjes met slaapzakaccomodaties en een eigen kookgelegenheid. Omdat we niet wisten dat er een kookgelegenheid was, konden we daar helaas geen gebruik van maken (we hadden er geen boodschappen voor gedaan) en deden we het nog een keer met een broodmaaltijd met fruit. Door de zon was de temperatuur aangenaam geworden en konden we deze maaltijd buiten aan de picknicktafel nuttigen, met uitzicht op het nationaal park, een zwarte zandvlakte en twee gletsjers, ‘the top of the world’!

Dag 5, vrijdag 7 september

4919

Skaftafell – Nesjahverfi / 135 km
De eigenaresse heeft een lekker ontbijt voor ons klaar gemaakt. Na het ontbijt vragen we haar nog naar de geschiedenis van boerderij Bolti. De boerderij heeft eerder beneden aan de berg gestaan, maar is toen door een vulkaanuitbarsting totaal vernield. In 1945 is de boerderij bovenop de berg herbouwd. In 1953 heeft de eigenaresse de boerderij gekocht en betrokken. Van de vulkaanuitbarsting in 1996 heeft Bolti geen last gehad, omdat zij daarvoor (uiteraard bewust) te hoog gebouwd was.
Dan vertrekken we en gaan we op weg naar het ijsbergenmeer Jokulsarlon aan de voet van de gletsjer Vatnajokull. Als we nog maar net onderweg zijn, zien we een liftster staan. We stoppen. Het blijkt een Groningse jonge vrouw te zijn, die in haar eentje per bus, liftend en te voet een paar dagen door Zuid IJsland trekt. Uiteraard nemen we haar mee naar het meer, dat ook haar gewenste bestemming is. Hoe dichter we bij het meer komen, hoe blauwer de lucht wordt! En het is schitterend! Wederom indrukwekkend! Het meer is maximaal 190 meter diep en ongeveer 15 km2 groot. Het ligt aan de voet van de gletsjer Breidamerkurkjokull. In het meer drijven ijsbergen rond, die in grootte, vorm en kleur sterk verschillen. De openingscene van de James Bondfilm ‘a view to kill’ is hier opgenomen.
Om 10.45 uur gaan we samen met de liftende dame en nog wat andere mensen met een amfibievoertuig het meer op. Het is een drie kwartier durende vaart tussen de ijsbergschotsen. Regelmatig zien we zeehonden in het water of op de ijsbergschotsen. Heel erg leuk! En ook koud trouwens, want op het meer waait het flink!
Na deze tocht nemen we afscheid van onze lifster, die weer een nieuwe lift probeert te zoeken en wij maken een wandeling van 3 uur rond een gedeelte van het ijsbergenmeer. Tijdens de wandeling zien we nog meer zeehonden.
Vervolgens rijden we door naar boerderij Arnanes in Hofn voor onze overnachting. Het is een hele nette boerderij, met een ruime kamer. In het warme zonnetje lezen we buiten op het terras een boek.
Daarna gaan we in Hofn op zoek naar een leuk restaurant en komen we terecht in restaurant Kaffi Nudit (ofzo) waar we voor 17 euro een lekker hoofdgerecht (beiden vis) eten. Hoezo is IJsland duur???

Dag 6, zaterdag 8 september

4993

Nesjahverfi – Hallormsstadur / 255 of 310 km
Bij het wakker worden staat de zon al hoog aan de hemel en is de lucht knalblauw! Geen wolkje aan de lucht! Vandaag staat er een lange fjordentoer in het Oosten van IJsland op het programma, dus komt die blauwe lucht voor mooie vergezichten goed uit.
Bij het vissersdorp Djupivogur stoppen we om het dorpje te bekijken en een wandeling van een uur over het bergje en de heuvels achter het dorp te maken. Even voor Stodvarfjordur komen we helaas in eens in een wolk terecht, die ook niet meer verdwijnt. Weg is de blauwe lucht! Helaas! Op de weg is nog voldoende zicht, maar we kunnen niet meer genieten van vergezichten over de zee en de fjorden.
In Faskrudsfjordur besluiten we af te wijken van de fjordenroute en de tunnel naar Reydarfjordur te nemen, zodat we een stuk afsnijden. Na de tunnel stoppen we bij een picknickplaats voor onze lunch, maar door de mist is het ook erg koud geworden, waardoor we alweer snel op weg gaan naar Egilsstadir. Hier doen we onze boodschappen en gaan we op zoek naar een internet cafe. Na wat rond lopen geven we het op en rijden we door naar Grai Hundurinn in Hallormstatur. Dit is een pension met mooie, nette en grote kamers. Voor de paar kamers zijn er 2 hele nette douches en 3 toiletten. Thee en koffie (espresso-automaat) is continue gratis verkrijgbaar. Daar droppen we onze koffers. In Hallormsstadur is IJslands grootste bos, waar we 2 uur wandelen, naar waterval Lambafoss en een uitzichtspunt. Het was even zoeken naar het pad, maar dat bleek uiteindelijk direct naast onze overnachting te beginnen. En dat terwijl wij onze auto juist naar een lager gedeelte hadden gereden! Dat was dus even omlopen!
Na de wandeling eten we weer een broodmaaltijd met fruit.

Dag 7, zondag 9 september

5019

Hallormsstadur – Dettifoss-Asbyrgy / 230 km
Het ontbijt is een zelf-service ontbijt, maar met erg lekkere broodjes (eerder kregen we meestal boterhammen, die we gelukkig wel konden roosteren in een broodrooster).
Na het ontbijt gaan we de auto weer in. Via een heuvelachtige hoogvlakte en lavavelden, waar de eerste astronauten voordat ze naar de maan vertrokken hebben geoefend, rijden we naar het Jokulsargljufur nationaal park. Daar zien we de 44 meter hoge waterval Dettifoss, waar we in de miezer een stukje wandelen.
2 km verderop bekijken we waterval Hafragilsfoss, waar we ook een klein stukje wandelen (het is inmiddels weer droog). Daarna rijden we door naar Asbyrgi (ook nog onderdeel van voormeld park). De dikke 50km hobbelige gravelweg was niet bepaald goed van kwaliteit. Ondertussen is de auto goed vies en zit de eerste lading steenslag in de lak. Vandaar dat Ewout de auto bij een benzinepomp met een soort van (uiteraard zachte) bezem goed afspoelt en nu ook weer door de achterruit kan kijken.
Vervolgens rijden we in Asbyrgi een 4 km lange hoefijzervormige rotskloof in met een klein, mooi bos, waar we vanaf de parkeerplaats een wandeling maken van 1 uur.
Geologen denken dat deze kloof is ontstaan doordat Asbyrgi tussen de 2000 en 5000 jaar geleden is uitgeslepen door vloedgolven als gevolg van vulkanische activiteit onder het noordelijk deel van de Vatnajokull van de Jokulsa rivier. Deze gletsjerrivier loopt inmiddels verder naar het oosten, maar zou aan het einde van de kloof, bij een meertje, waar we nog een heel klein waterstraaltje naar beneden zien komen eens een grote waterval hebben gevormd.
Na deze wandeling gaan we naar onze volgende accomodatie. Dat is pension Skulagardur in Kopasker. Dit is een groot, lelijk gebouw met onfrisse douches en met heel veel kamers. Duidelijk op grote groepen gericht. Het bed slaapt wel heerlijk. Het pension heeft een eigen kookgelegenheid waar we gebruik van maken. We maken macaroni met courgette en rode saus. En er is weer een speelse hond; altijd gezellig :).
Dag 8, maandag 10 september

5087

Asbyrgy – Husavik – Reykjadalur / 150 km
Na een karige ontbijt vertrekken we naar Husavik. Dit is een grote vissers- en handelsplaats.
We bezoeken er een leuk walvismuseum en gaan daarna op zoek naar een internetlocatie, die we vinden in de bibliotheek van Husavik, zodat we ons thuisfront weer op de hoogte kunnen stellen van ons verblijf hier.
Na het internet-uurtje lunchen we aan een picknicktafel.
Om 13.30 uur gaan we met een boot de baai in, Whale Watching! We konden hiervoor de gratis kaartjes van Gijs en Marleen gebruiken (zie dag 1). We hebben geluk. Het is bewolkt, maar droog en het waait nauwelijks. We krijgen een dik overal aan. We zitten op het voorste gedeelte, waar je door de vaart die de boot maakt, het meest in de wind zit en het natst wordt … en dat water is ijskoud! De ‘gids’ komt ons voorzien van een vreselijk lelijk oranje regencape. Al na ongeveer 20 minuten komen er orka’s in zicht! Heel geinig hoe zo’n boot, en ook een andere boot van een andere maatschappij, achter de dieren aangaat en wij maar schieten op de beesten … met onze fotocamera dan he!. Het blijken uiteindelijk 3 of 4 volwassen orka’s te zijn en 4 of 5 jonkies. Omdat ze niet allemaal tegelijk boven water komen is dit niet heel duidelijk te zien. Echt heel indrukwekkend om die beesten uit het water tevoorschijn te zien komen en weer in het water te zien verdwijnen. Schitterend! De boot vaart inmiddels heel erg rustig of ligt zelfs stil, dus van wind, nattigheid en dus kou is helemaal geen sprake meer. Af en toe komt er zelfs nog een zonnestraaltje bij!
Na anderhalf uur achter de beesten aangevaren te hebben besluiten ze om de boot even stil te leggen voor een kop chocolademelk en een lekkere koek om vervolgens terug te varen naar Husavik.
Het was een leuke boottocht waar we ontzettend van genoten hebben!
Na deze boottocht zijn we rechtstreeks naar boerderij Stong in Reykjahlid gereden.
Daar hebben we het 3 gangen diner genoten in de boerderij, bereid door de vrouw des huizes. We kregen aspergesoep, zalm, aardappelen, een salade van tomaat en komkommer en IJslandse yoghurt als toetje. Volgens de dochter van de vrouw des huizes was dit traditionele IJslandse yoghurt, maar wij vonden het niet anders smaken dan aardbeien yoghurt uit de supermarkt in Nederland! Oftewel: gewoon lekker!
De boerderij heeft een fijne relax ruimte (grote woonkamer) voor de gasten waar we nog even lezen alvorens we ons bed opzoeken.

Dag 9, dinsdag 11 september

5182

5280
5220

Reykjadalur – Myvatn – Reykjadalur / 100 km
Na het ontbijt gaan we weer op pad. We hoeven vandaag in totaal maar 100 km te rijden en hebben veel wandeltijd. Het blijkt ook een erg mooi gebied (rond het meer Myvatn) te zijn, we raken er niet uitgekeken! En we hebben ook nog goed weer. Veel zon!
Eerst gaan we naar Skutustadir, waar rondom een meer verschillende grote (meer dan 200 meter doorsnee) en kleine pseudo-kraters van ongeveer 2300 meter oud zijn. We wandelen er ¾ uur.
Vervolgens gaan we naar Hofdi, een klein schiereiland met een uitbundige flora en leuke doorkijkjes over het meer met zogenaamde ‘Klasar’. Dat zijn grilligelavaformaties in het meer. Hier wandelen we een ½ uur.
Dan gaan we naar Dimmuborgir. Dit park bestaat uit grillig gevormde lavarotsen met daartussen tal van kleine voetpaadjes en berkenboompjes. Net een doolhof. Dit lavaveld is 2000 jaar geleden ontstaan door uitbarstingen van diverse kraters in de buurt.
Het ‘doolhof’ is ontstaan doordat de lava een bijna 20 meter diep meer vormde dat al gedeeltelijk gestold was. Toen het lava plotseling wegstroomde ontstond er een doolhof.
Een erg leuk item in het park is het grote kijkgat. Als je hier door kijkt of loopt, kijk je naar de grote 2500 jaar oude, zwarte krater, genaamd Hverfell, die je kunt beklimmen, wat we dan ook doen. We wandelen 2 uur in dit park. Ook lopen we de zwarte krater omhoog. Wel steil en lastig met het losse zwarte zand! Maar erg leuk! Bovenaan blijkt dat je over de hele rand van de krater kunt lopen en we hebben een waanzinnig mooi uitzicht over het hele gebied waar we vandaag verblijven. Ook de stoom van de kokende modderpoelen, waar we later vandaag komen, zien we. Als we boven staan voelen we een paar regendrupjes, maar ook de zon schijnt … en daar verschijnt in de krater, een schitterende, duidelijke, regenboog! Heel mooi! De krater is 140 meter diep.
Onze boodschappen doen we in Reykjahlid en we lunchen daar aan een picknicktafel.
Dan gaan we naar Hverir dat ook wel Namaskaro Solfataren wordt genoemd (= kokende modderbronnen), die aan de voet van een berghelling ligt. Op een diepte van 1000 meter zijn de temperaturen hier 200C! Heel indrukwekkend om die borrelende modderpoelen te zien! Het stinkt wel ontzettend! Echt ranzig gewoon! Met af en toe dichtgeknepen neus maken we nog een wandeling van een uur over de berghelling, waar op sommige plaatsen ook nog kleine modderpoelen zijn of rook uit de grond komt.
Dan gaan we naar het Krafla gebied waar Ewout al de hele dag naar uit kijkt. Dit gebied is van 1975 tot en met 1984 vulkanisch actief geweest. In die periode zijn er 9 vulkaanuitbarstingen geweest en diverse aardbevingen. Over dit solfatarenveld maken we een wandeling van 1 ½ uur. Het is heel indrukwekkend om over de zwarte lava te wandelen! Op verschillende plaatsen komt er rook uit de grond en voelt de lava warm aan.
Tot slot rijden we nog naar de krater Viti, maar omdat het inmiddels al 18.30 uur is besluiten we geen wandeling meer te maken over de rand van deze krater, maar terug te gaan naar ons onderkomen, boerderij Stong in Reykjahlid.
Gisteren hebben we gebruik gemaakt van een diner in de boerderij, vandaag maken we gebruik van de eigen kookgelegenheid en maken we met de restanten van de vorige keer nogmaals macaroni, maar dit keer met tonijn erbij.
Het was een indrukwekkende dag!!!

Dag 10, woensdag 12 september

4357

Reykjahlur – Akureyri – Laugarbakki / 295 km
Na het ontbijt vertrekken we in de regen en harde wind.
We hebben een stop bij waterval Godafoss. Deze waterval heeft zijn naam te danken aan het feit dat een hoofdboer en wetspreker na thuiskomst van de jaarlijkse vergadering in het jaar 1000, waarin was besloten het christelijk geloof aan te nemen, de afgodsbeelden uit zijn tempel in het water gooide.
Vervolgens rijden we door naar de stad Akureyri. We bekijken er de kerk, gebouwd in 1940, met IJslands grootste kerkorgel. We lopen nog even door het stadje en nemen dan plaats in een leuke koffieroom om een koffie en chocolademelk met wat lekkers erbij te drinken en te eten.
Vervolgens bereiken we via een ongeveer 8 km lang gravelpad Borgarvirki, een rotspartij met 10 tot 15 meter hoge basaltzuilen. Op de top (177 meter) bevindt zich een mooie inzinking, die naar het oosten toe open is, maar met een muur is afgesloten. Hierdoor ontstond een soort fjord. In de muur bevinden zich een doorgang en , volgens het informatiemateriaal, de resten van twee woningen en een bron. Maar deze hebben wij niet kunnen ontdekken! Dan moet je wel hele levendige fantasie hebben! Hoe Borgarvirki ontstaan is, is een raadsel.
Tenslotte komen we aan bij onze volgende overnachting. De luxe boerderij Gauksmyri in Hvammstangi! Er is zelfs een pc met gratis internet beschikbaar voor de gasten!
We maken gebruik van het diner in de boerderij. We krijgen rijst en/of aardappels met een of ander onherkenbaar vlees (lijkt nep) en een groente-saladebar. Het nagerecht bestaat voor Ewout uit een rabarbertaartje en voor mij uit chocoladecake met bananenroom.

Dag 11, donderdag 13 september

4410

Laugarbakki – Stykkisholmur – Grundarfjordur / 210 km
De dag begint wederom met regen en de nog steeds aanhoudende harde wind.
Als we na het ontbijt met de auto verder trekken houdt het al snel op met regenen en komt op een gegeven moment zelfs de zon te voorschijn!
Een groot deel van de weg gaat over een hobbelig gravelpad, maar dat is wederom prima te berijden. De auto wordt er weer niet mooier op…
Bij Alftafjordur (= zwanenfjord), zien we dat deze fjord niet voor niets deze naam draagt. We zien vele zwanen aan de baai en in de lucht.
In Stykkisholmur (een handels- en vissersplaats) doen we boodschappen bij de Bonus (de goedkoopste supermarktketen van IJsland, er zijn ook Euroshop producten verkrijgbaar). Een verschrikkelijke winkel. Ze hebben niet eens lekker vers brood! We besluiten om door te rijden naar onze overnachtsingsplaats, Grundarfjordur, in de hoop dat daar een betere supermarkt is … dat kunnen we daar dus niet vinden! Dan maar brood kopen bij de benzinepomp-winkel. Het ziet er niet lekker uit, maar we moeten iets!
Na het droppen van onze bagage in boerderij Sudur Bar, maken we een wandeling van 1 ½ uur in de bergen achter de accomodatie. De zon schijnt wel, maar het waait nog altijd erg hard, waardoor het ons niet verstandig lijkt om naar de top door te lopen. Ruim halverwege keren we terug naar de boerderij. Daar hebben we ons brood opgegeten.
Ook deze boerderij blijkt voor de gasten de beschikking te hebben van een pc en gratis internet.

Dag 12, vrijdag 14 september

4463

Grundarfjordur – Borgarf Jordur – Reykjavik / 365 – 380 km
De wind is gaan liggen en de zon schijnt volop!
Na het ontbijt gaan we met de auto op weg.
In het plaatsje Olvasvik rijden we langs een mooie moderne kerk.
Daarna rijden we met de auto de krater Berudalur in. Heel speciaal.
Bij Djupalonssandur maken we nog een stop voor een korte wandeling langs een schitterend zwart strand met mooie rotsen.
De volgende stop is in het dorpje Arnastapi met een piepklein haventje, waar we ook een wandeling maken, langs de kust. Er staan prachtige basaltformaties in de zee, langs de kust, waar zich vele vogels in nestelen. Het is er heerlijk rustig met alleen het geluid van het klotsen van het zeewater tegen de rotsen en het geluid van de vogels. Echt een paradijsje! Hier hadden we wel een hele dag kunnen doorbrengen, maar helaas staan er juist vandaag veel kilometers met de auto op het programma.
Ook in het plaatjse Budir stoppen we. Het is een voormalige ankerplaats en handelsnederzetting, maar nu staan er alleen nog een kerkje en een hotel. We lopen naar het kerkje, maar helaas is het gesloten en kunnen we alleen door het raam naar binnen kijken.
Bij Gerduberg (een boederij) maken we een stop om IJslandse langste rij basaltzuilen te bezichtigen.
In Deildartunguhver zien we de grootste hete bron van IJsland en de wereld. Hij levert 180 liter kokend heet water (97C) per seconde! In de buurt staat nog een leuk karretje met zakjes tomaten en wortelen, die je voor 100 IJslandse kronen kan meenemen. Helaas hebben we niet genoeg klein geld op zak hiervoor, dus laten we het liggen.
Vervolgens gaan we door naar de watervallen Hraunfossar en Barnafoss. Over een afstand van 1 km stroomt een rivier over een niet-waterdoorlatende laag onder het lavaveld, die in de vorm van diverse watervalletjes (Hraunfossar) uit de lava te voorschijn komt en in een onderliggende rivier terecht komt. Heel indrukwekkend! De Barnafoss is een ‘normale’ waterval.
We maken nog een stop in het plaatsje Reykholt, maar behalve een kerk is er weinig te zien en te beleven.
We eindigen de dag in Reykjavik. Jemig, wat een drukte vergeleken met de rest van IJsland! Maar nog niets vergeleken met de drukte op de weg in Nederland! Hoewel we midden in de spits ons in het centrum begeven, kunnen we prima doorrijden. We droppen onze spullen in Guesthouse Alba, 20 minuten van het centrum, met kleine kamers, maar een mooie, grote zitkamer en grote schone douches en een vriendelijke gastvrouw.
Vervolgens gaan we te voet de stad in. We lopen langs de Hallgrims-kerk. Basaltkolommen vormen de belangrijkste inspiratiebron voor het ontwerp van deze kerk. De bouw heeft 40 jaar geduurd (1945 – 1988). Vanaf de 73 meter hoge toren schijnt een mooi uitzicht over Reykjavik te zijn, maar helaas is de kerk gesloten. De kerk bezit een Nederlands carillon. Voor de kerk staat een standbeeld van Leif Eriksson, die rond 1000 na Christus als eerste Europeaan voet aan land in Amerika zette.
Daarna gaan we op zoek naar een eenvoudig erg IJslands-aandoend restaurant, waar we een lekker hoofdgerecht eten (Ewout een hamburger met fietjes en ik een vispuree met rucola op zoet roggebrood).
Na het eten wandelen we terug naar ons pension.

Dag 13, zaterdag 15 september

4543
Bij het heerlijke ontbijt (eindelijk weer harde broodjes en croissantjes) ontmoeten we alweer een Nederlandse, een vrouw uit Nuenen!, die in haar eentje 9 dagen op vakantie is in Reykjavik. Ze vertrekt ook morgen en we spreken af dat ze morgen met ons naar het vliegveld rijdt, zodat ze niet in alle vroegte de bus hoeft te nemen.
Omdat we niet zo van een stad houden, staat vandaag de beklimming van de Esja, een 914 meter hoog bergmassief, vlak achter de stad, op het programma. Maar helaas is het weer slecht. Dikke bewolking en regen. Onze informatie adviseert om bij mistig en regenachtig weer beslist niet de berg op te gaan en dus houden we ons daaraan. Dat wordt dan toch een dagje stad …
We gaan direct vanaf het pension te voet naar het Perlan (de parel). Dit gebouw bestaat uit 6 watertanks op een heuvel, waarop een 14 meter hoge glazen koepel is gebouwd. De koepel bestaat uit 1176 glaselementen. Onder de koepel bevinden zich een cafetaria (6e verdieping) en een panoramisch restaurant (7e verdieping). Vanaf de 6e verdieping is er een toegang op de balustrade, waar we een rondje om de perlan lopen en zo de hele stad kunnen overzien. Jammer van de dikke bewolking! We kijken nog hoe duur het eten in het restaurant is, want dat zou wel een mooie afsluiting van onze vakantie in IJsland zijn vanavond, maar de prijs ligt, zoals verwacht, voor ons te hoog (ongeveer 50 euro voor een hoofdgerecht). Jammer, want het restaurant draait in 2 uur helemaal rond.
Vervolgens lopen we via de ‘nep’geiser Strokkur, door een bos en een enorm groot kerkhof, naar het overdekte winkelcentrum Kringlan. Daar doen we boodschappen voor de lunch in een supermarkt en drinken we een lekkere koffie en chocolademelk. Dan lopen we door via een 4-punts kerk naar het Hofdi-huis. Hier heeft de top-ontmoeting tussen de Amerikaanse president Ronald Regan en de Sovjetrussische partijleider Michael Gorbatsjov plaatsgevonden in 1986, die het einde van de koude oorlog inluidde. Het regent inmiddels behoorlijk en we besluiten terug te lopen naar ons pension. In totaal hebben we dan al 3 ½ uur gelopen.
In het pension lunchen we en gaan dan met de auto naar het Nationaal Museum. In 1944, meteen na de onafhankelijkheid werd besloten tot het oprichten van dit museum, als tastbaar bewijs van de zelfstandigheid. We zien diverse fraaie collecties variërend van gebruiksvoorwerpen uit de vikingtijd tot klederdrachten en beeldende kunst.
Naast het Nationaal Museum bevindt zich de universeiteit van Reykjavik. Voor de universiteit staat een mooi beeld dat een geleerde uit Oddi voorstelt, op een zeehond. Dit heeft met een oud volksverhaal te maken.
We hadden graag nog het Reykjavik Electrical Museum bezocht, maar helaas is dat op zaterdag gesloten.
We rijden door naar de stad en parkeren bij de Hallgrims-kerk onze auto. Gisteren hebben we in de stad al een leuk als boerderij uitziend restaurant gezien. Daar gaan we deze avond onze vakantie afsluiten. We krijgen stokbrood met boter en een tomatentapenade van het huis. Ook krijgen we een delicatesse van het huis, een stukje gemarineerd walvisvlees! Sinds we in Husavik zijn geweest, ben ik al erg benieuwd hoe dat zal smaken! Dus dat is een hele verrassing! En het is erg lekker! Vervolgens eten we een lekkere aspergesoep en een heerlijke vis als hoofdgerecht. We besluiten de maaltijd met koffie en thee en gaan na deze heerlijke afsluiting terug naar de auto en terug naar ons pension.
Daar kletsen we nog wat met een Nederlandse man – het moet niet gekker worden, hij komt uit Gerwen – wiens zoon in Reykjavik stage loopt in een grote hotelketen. Hij is er met zijn andere zoon een paar dagen om hem op te zoeken. Eerder dit jaar, in juni, is hij met zijn vrouw al naar IJsland geweest en 33 jaar geleden heeft hij met een stel vrienden door heel IJsland rondgetoerd. Toen was alleen de weg van het vliegveld Keflavik naar Reykjavik bestraat! En Reykjavik is veel en veel groter geworden. IJsland is uiteraard veel toeristischer geworden sinds die tijd.
Een jongen die net heeft in gechecked bij de gastvrouw, vraagt haar om scheerschuim, omdat de douane die op het vliegveld heeft ingenomen. Ewout reageert, in het Engels, dat hij zijn scheerschuim wel kan lenen. Samen lopen ze al babbelend in het Engels naar onze kamer en als Ewout daar het scheerschuim pakt, ziet de jongen een Nederlands boek liggen! Haha, hij is ook een Nederlander! Dat spreekt toch weer makkelijker he :). Maar het stikt dus van de Nederlanders in het pension!.

Dag 14, zondag 16 september

4569

Reykjavik – Keflavik airport / 55 km
Om 4.10 uur gaat de wekker. Samen met de Nuenense vrouw gaan we even na 5.00 uur op weg naar het vliegveld, waar we onze auto na 2494 km bij Hertz inleveren en gaan inchecken. We drinken nog wat op het vliegveld en gaan boarden. Zoals gepland vertrekt het vliegtuig om 7.55 uur naar Nederland. Als we op Schiphol de trein naar Eindhoven nemen, lijkt het net alsof we uit een droom stappen. Heel raar. Helaas, de vakantie zit erop, maar is geweldig geweest! Heel indrukwekkend en onvergetelijk. Een hele mooie herinnering.
We hopen dat we samen, in goede gezondheid, over 25 jaar, opnieuw deze reis mee mogen maken. De verwachting is dat IJsland de komende jaren nog veel toeristischer zal worden, we zijn benieuwd hoe het er dan uitziet! …

 

Algemeen over IJsland
– Er lopen regelmatig schapen midden op de weg.
We hebben een aantal keer meegemaakt dat we even moesten wachten tot de schapen er genoeg van hadden om midden op de weg de automobilisten op te houden en naar een wei liepen. Wel een leuk gezicht! Het is trouwens niet aan te raden om een schaap aan te rijden. Volgens onze informatie komen de kosten van het schaap voor je eigen rekening.
– Ieder tankstation is uitgerust met een systeem waarbij je met je creditcard betaalt aan de pomp. Er komt geen mens aan de pas. Je geeft aan voor welk bedrag je ongeveer wil tanken (gok iets meer dan je daadwerkelijk nodig hebt), gooit de tank vol en vervolgens komt er keurig netjes een bonnetje uit met het aantal liter dat getankt is en de kosten. Als je aangeeft dat je voor bijvoorbeeld 3000 IJslandse kronen wil tanken, maar de tank is al vol bij 1.750 IJslandse kronen, betaal je uiteraard maar 1.750- Benzinepompen zijn uitgerust met een bezem met zachte borstel waar een flinke straal water uitkomt, waar je je auto gratis mee kan afspoelen. Ideaal voor na de ritjes over zanderige wegen, als de auto er niet meer uit ziet! Wij hebben er zelf 3 keer gebruik van gemaakt.
– Bezienswaardigheden zijn uitgerust met keurige nette toilethuisjes, met voldoende wcpapier. Wie die vaak afgelegen toiletten bijhoudt, weten we niet, maar het wordt wel gedaan! Geweldig; en dan te bedenken dat je in Nederland zelfs in winkelcentra goed moet zoeken naar een wc. Die is dan doorgaans viezer en je moet er nog voor betalen ook!
– In IJsland is het de gewoonte om gratis water te schenken bij het eten.
– Het water uit de kraan is heerlijk! (Alleen soms een tikje zwavelachtig :P)
– In IJsland is het de gewoonte dat je voor 1 bakje koffie of thee betaald, maar je voor hetzelfde geld net zoveel mag bijhalen als je zelf wilt. Dat is voor velen genieten!
– En het stikt er van de Nederlandse toeristen! Voornamelijk jonge stellen, jonge alleenreizenden, of bejaarde echtparen.
– Het valt ontzettend mee met ‘dat dure IJsland’. Alleen in de hoofdstad betaal je de hoofdprijs, maar in de rest van het land kun je heerlijke lokale gerechten eten voor een vriendenprijs.

Tot slot
Als je van de natuur houdt,… ga op vakantie naar IJsland! Ook vanuit Reykjavik kun je al hele leuke dagtochten maken, maar ga, als je de mogelijkheid hebt, het hele eiland rond. Het is zeker de moeite waard! Als je wat meer geld te besteden hebt en niet terugschrikt voor het doorrijden van watertjes, dan schijnt het ook erg leuk te zijn om een 4WD-auto te huren en het binnenland in te trekken (dat kan niet met een ‘normale’ auto). Verder is het ook mogelijk om mooie meerdaagse wandeltochten te maken in het binnenland van IJsland.

Wil je ons fotoalbum zien en/of over IJsland babbelen, omdat je denkt dat het wellicht een leuke vakantiebestemming voor je is, dan ben je van harte welkom!